About: Manes

An Entity of Type: WikicatDeathDeities, from Named Graph: http://dbpedia.org, within Data Space: dbpedia.org

In ancient Roman religion, the Manes (/ˈmeɪniːz/, Latin: mānēs, Classical Latin: [ˈmaː.neːs̠]) or Di Manes are chthonic deities sometimes thought to represent souls of deceased loved ones. They were associated with the Lares, Lemures, Genii, and Di Penates as deities (di) that pertained to domestic, local, and personal cult. They belonged broadly to the category of di inferi, "those who dwell below," the undifferentiated collective of divine dead. The Manes were honored during the Parentalia and Feralia in February. — City of God, Book IX, Chapter 11

Property Value
dbo:abstract
  • En la mitologia romana, els Manes eren les ànimes dels éssers estimats que havien mort. Quan a esperits inferiors, eren similars als Lars, Genis i Penats; segons Marc Terenci Varró cal entendre "inferiors" com procedents del subsòl, relacionats amb el món dels morts. De vegades s'atribuïa als manes un origen comú, serien descendents de Mània, o mare dels manes, una divinitat molt antiga probablement etrusca, que pertanyia a la categoria dels genis populars. Durant les Compitàlia, les festes dels lars i de les cruïlles dels camins, se li donava culte. (ca)
  • Manen, von lateinisch d(i)i manes (m.), sind in der römischen Religion (vor allem zur Kaiserzeit) die Geister der Toten, auch einige Umweltgeister. Diese sind den Römern meistens feindlich gesinnt, da sie die Ahnen ihrer Feinde sind. Sie wurden daher mit verschiedensten Opfern (u. a. Ziegen) und Riten milde gestimmt sowie als di manes, ‚gute Götter‘ (auf Grabinschriften meist als D•M abgekürzt), bezeichnet. Wurden diese Opfer und Riten nicht durchgeführt, so konnten die Manen zu Larvae beziehungsweise Lemures werden, die bedrohlichen Charakter hatten. Zum Teil wurden die di manes auch mit den di parentes (den verstorbenen Vorfahren) gleichgesetzt, die an ihren Festtagen aus der Unterwelt aufstiegen und angemessene Sühneopfer erwarteten. Dazu zog man zum Lapis manalis, einem Stein, der eine Grube verdeckte, worin das Opfertier deponiert wurde und die Manen besänftigt wurden. (de)
  • Manak (latinez: Manēs,singularrez Man) Erromatarren artean, hilen arima. Manei ardoa, eztia, esnea eta loreak eskaintzen zizkieten. Jaialdi bereziak antolatzen zituzten manen omenez: otsailean ospatzen zituzten Parentalia eta hain zuzen ere. Larak, , jeinuak eta penateekin batera, etxeko jainko familiar edo pertsonalak izaten ziren. (eu)
  • In ancient Roman religion, the Manes (/ˈmeɪniːz/, Latin: mānēs, Classical Latin: [ˈmaː.neːs̠]) or Di Manes are chthonic deities sometimes thought to represent souls of deceased loved ones. They were associated with the Lares, Lemures, Genii, and Di Penates as deities (di) that pertained to domestic, local, and personal cult. They belonged broadly to the category of di inferi, "those who dwell below," the undifferentiated collective of divine dead. The Manes were honored during the Parentalia and Feralia in February. The theologian St. Augustine, writing about the subject a few centuries after most of the Latin pagan references to such spirits, differentiated Manes from other types of Roman spirits: Apuleius "says, indeed, that the souls of men are demons, and that men become Lares if they are good, Lemures or Larvae if they are bad, and Manes if it is uncertain whether they deserve well or ill... He also states that the blessed are called in Greek εὐδαίμονες [eudaimones], because they are good souls, that is to say, good demons, confirming his opinion that the souls of men are demons." — City of God, Book IX, Chapter 11 Latin spells of antiquity were often addressed to the Manes. (en)
  • Los manes, en plural siempre, en la mitología romana, eran unos dioses familiares y domésticos o caseros por lo general asociados a otros llamados lares o dioses familiares y penates o dioses de la despensa. Eran espíritus de antepasados, que oficiaban de protectores del hogar. El pater familias o padre cabeza de familia, era su sacerdote y oficiaba sus ceremonias religiosas y ofrendas en las viviendas. (es)
  • Les Mânes, apparentés aux génies, aux lares, aux pénates, aux larves, et parfois confondus avec eux, sont, dans la religion romaine, des divinités chtoniennes, parfois considérées comme représentant les âmes d'êtres décédés. En tant que divinités appartenant au culte domestique, local et personnel, ils appartiennent largement à la catégorie des (en), « ceux qui habitent en bas », le collectif indifférencié des morts divins. En latin, le mot signifie « bon », soit par antiphrase, soit sans restriction. Le culte des mânes est un culte des ancêtres. Il ne semble pas correspondre avec un défunt en particulier mais est une profession de foi en l'immortalité, un rite rendu aux esprits des ancêtres défunts cohabitant avec leurs descendants, un hommage à la perpétuité de la race. (fr)
  • マーネース(Mānēs)は古代ローマにおいて、亡くなった愛する人の魂を意味した。弱い精霊の一種としてはラレース、ゲニウス、ペナーテースに近い。2月に行われるおよびで崇められた。長音を肖像してマネスとも表記される。 ディ・マーネース (Di Manes) とも呼ばれる(Di は「神」の意)。古代ローマの墓石には "D.M." という文字がよく刻まれていて、dis manibus(マーネース神のために)を意味した。この言葉はまた、暗にハーデースまたは冥界を示すのにも使われた。 マーネースの語源は古い形容詞 manus(良い)であり、その反対語は immanis である。 マーネースには血の生贄を提供した。剣闘士の試合がもともと葬式で催されていたのも、マーネースへの捧げ物だった可能性がある。 キケローによれば、アヴェルヌス湖付近の特定の洞窟でマーネースを呼び出すことができるという。 (ja)
  • 마네스(Manes, 그리스어로 Μανης.)는 프리기아의 전설적인 왕으로서 하늘의 신인 제우스와 땅의 여신 가이아의 아들이며, 프리기아의 초대의 왕으로 기록되어 있다. 마네스는 아내 칼리로에와의 사이에서 유명한 키벨레와의 이야기가 있는 아티스, 코티스, 을 낳았다. (ko)
  • Nella religione romana i Mani (in latino: Dii Manes, lett. "dei benevolenti") erano le anime dei defunti. Esse talvolta venivano identificate con le . Agostino di Ippona nella sua opera La città di Dio, in cui cita Apuleio, riporta che sono le anime dei defunti di incerta collocazione: Erano oggetto di devozione sia in ambito familiare che cittadino e le offerte che si indirizzavano loro erano prevalentemente di origine alimentare (vino, latte, miele, pane ecc.) segno evidente di una loro matrice prevalentemente agricola. Due erano le feste principali nelle quali il loro culto era particolarmente sentito: i rosaria, durante i quali le tombe dei defunti venivano ornate con rose e viole e i parentalia che si celebravano ogni anno dal 13 al 21 di febbraio quando si sospendevano gli affari, i matrimoni e venivano chiusi i templi. I sepolcri e tutto quello che contenevano erano consacrati ai Mani. Sulle urne e sugli oggetti funerari si incideva la sigla: D. M., cioè Diis Manibus (lat.): (sacri) agli Dei Mani. (it)
  • Manes waren de schimmen van de afgestorvenen in de Romeinse godsdienst. Hun naam betekent eigenlijk "de reinen", "de lichten", "de goeden". Men dacht zich hen in als geesten, ontdaan van het lichaam, dat zij op aarde hadden gedragen en onsterfelijk evenals de goden. Vandaar de reeds zeer oude en op grafschriften zeer dikwijls voorkomende uitdrukking Divi Manes en Dii Manes ((ver)goddelijke schimmen). Hun woonplaats is in de diepte van de aarde. Slechts op bepaalde tijden komen zij daaruit tevoorschijn, en dan alleen nog ’s nachts. Dan zwerven zij op de aarde rond, maar hoger dan de aarde verheffen zij zich nooit. Zeer dikwijls wordt de uitdrukking Dii Manes gebruikt voor de onderwereld en het rijk van de geesten in het algemeen. Hun moeder, de aarde, droeg dan ook soms de naam van Mania. In de taal van de Augures (de door de staat aangestelde wichelaars, die uit tekenen aan de hemel gezien en uit de vlucht van de vogels de toekomst voorspelden of het verborgene openbaarden) was de naam van Manes van gelijke betekenis als die van "goden". Aan de beide woorden "Manes" en "Divi" ligt trouwens dezelfde betekenis van reinheid en goedheid ten grondslag. Men offerde aan de Manes op de dodenfeesten, vooral op de Feralia. Men bracht hun allerlei spijzen en verschillende gaven, die toonden, dat hun aandenken bij de levenden niet in vergetelheid was geraakt. Van de tijd van Aeneas, die zijn gestorven vader zulke offers zou hebben gebracht, leidde men deze eredienst af. Een kleine gift, een krans, een handvol zout of koren, wijn met daarin gebrokkeld brood, of jonge viooltjes, de eerste gift van de lente, waren voldoende om de Manes tot rust te brengen. Men legde die in een dakpan of een scherf, plaatste deze midden op een weg en sprak daarbij een gebed uit voor hun zielen. Eens in een lange oorlog had men hen vergeten. Toen kwam er een grote sterfte over de stad; de schimmen kwamen in de nacht uit hun graven tevoorschijn en huilden en weeklaagden door de straten van de stad en zij kwamen pas tot rust, toen men hun de hun verschuldigde eer had teruggegeven. Ook de sterfte hield toen dadelijk op. Gedurende de dagen, waarop de Feralia gevierd werden, mocht men alleen aan de doden, aan de Manes, denken. Alleen op hun graven mocht men de fakkels hun schijnsels laten werpen. De eredienst van alle goden, die niet in rechtstreeks verband stonden tot het dodenrijk, tot de onderwereld, stond stil. Hun tempels waren zelfs gesloten. (nl)
  • Many – w wierzeniach Rzymian duchy zmarłych przodków będące bóstwami opiekuńczymi domu. Były personifikacją „dobrych” dusz zmarłych członków rodziny. Nazwa ich powstała w wyniku przeciwstawienia, określającego je jako „dobrotliwe” (manes) dla odwrócenia ich niełaski a zjednania przychylności. Wywodzone niekiedy od Matki Manów, należały do opiekuńczych geniuszów rzymskiego domostwa i jako takie odbierały również cześć podczas Compitaliów związanych z kultem larów. Rzymianie później nazywali tak jedynie dusze ubóstwionych zmarłych (di manes – dobre bóstwa) jako mieszkańców świata podziemnego (Orkusu). Wymieniono je już w Prawie dwunastu tablic z V wieku p.n.e. Nie mają odpowiednika w wierzeniach Greków. Poza składaniem im przez rodzinę bezkrwawych ofiar we własnym domu, czczono je w ustanowionym kulcie publicznym. Do głównych świąt należały Parentalia, odbywające się corocznie w dniach 18-21 lutego i według tradycji wprowadzone przez Eneasza dla uczczenia jego ojca Anchizesa. Jako bóstwom podziemnym oddawano im cześć przy nakrytych kamieniem zagłębieniach w ziemi zwanych mundus (m.in. na Palatynie), symbolizujących zejścia do świata podziemnego, odsłanianych wówczas, gdy składano im ofiary z wody, wina i mleka. Ostatnim dniem tych obchodów były Feralia, kiedy na groby zmarłych przynoszono wino, miód, mleko i kwiaty – porównywalne ze słowiańskimi Dziadami. Innym ważnym świętem były Rosaria, gdy rodzinne groby przystrajano kwiatami (różami lub fiołkami). Dla Rzymian wyrażenie „odejść do manów” w przenośni oznaczało „umrzeć”. W inskrypcjach nagrobkowych zwyczajowo umieszczano na wstępie skrót D•M (Dis Manibus) lub D•M•S (Dis Manibus sacrum), oznaczający poświęcenie zmarłego i jego pochówku bóstwom podziemnym. Formułę tę zachowują nawet wczesne inskrypcje chrześcijańskie z drugiej połowy III wieku. Wskutek związków ze światem pozagrobowym obawiano się ich gniewu: przypadkowe zaniedbanie obchodów Feraliów podczas wojny miało poskutkować pojawieniem się na ulicach tłumów wychodzących z grobów i błąkających dusz oraz pomorem, co ustało dopiero po dopełnieniu obrzędów. Natomiast dla zyskania ich przychylności wystarczyło wymienić ich imię nawet jako przygodne pochlebstwo. (pl)
  • Maner, eller på latin manes, som egentligen betyder "de goda", eller di manes, "de goda gudarna", var en benämning i den romerska religionen hos forntidens romare på de gudomligheter som tänktes härska i underjorden (di inferi, "de nedre gudarna") eller dödsriket. De var gravarnas beskyddare och tänktes senare särskilt under kejsartiden huvudsakligen som de bortgångnas andar. (sv)
  • Os manes, na mitologia romana, eram as almas dos entes queridos falecidos. A sua veneração está relacionada com o culto aos antepassados. Como espíritos menores, estavam também relacionados com os lares, os gênios e com os penates. Eram honrados durante a celebração da Parentália e da , em fevereiro. Os manes eram ainda chamados de Di Manes (Di significa "deuses"). Os túmulos romanos incluem, muitas vezes, as letras D.M., como abreviatura de dis manibus, ou "dedicado aos deuses-manes". (pt)
  • 麻內(拉丁語:Manes),古羅馬宗教中的善良靈魂。 名詞可能源於拉丁文中的「好(Manus)」,指冥府神靈或已逝親人的靈魂,與之相對的是雷姆雷斯,代表不安的、作祟的惡靈。古羅馬人會在二月的父母節與祖先節祭祀麻內。 (zh)
  • Ма́ны (лат. Di Manes, Manes «добрые, или светлые, души умерших») — у этрусков и древних римлян блаженные души (духи) умерших предков, почитавшиеся божествами (обоготворённые) и покровительствовавшие своему роду. Их культ был предусмотрен уже в законах XII таблиц. Местопребывание манов считалось под землей; в связи с этим слово manes часто употреблялось вместо inferi (подземное царство). Как добрые духи, они назывались также dii propitii. Служение манам со времён Нумы входило в обязанности понтифекса. В древние времена им приносились человеческие жертвы; позднее они заменились праздником мёртвых, , который справлялся ежегодно в феврале; кроме того, маны почитались ещё 23 мая, в праздник роз Розалия, и 23 марта, в праздник фиалок Violaria. Февральский праздник от 13 до 20 числа носил общее название dies parentales или parentalia — Паренталии. Как обоготворённые души, маны были близки к ларам, ларвам и лемурам. (ru)
  • Ма́ни (лат. Manes) — духи померлих предків. Їх шанували як божества і складали їм жертви. Мани були тими богами яким віддавалось належне у всіх надгробних написах у поганському Римі: «Diis Manibus», «Манам, богам». Свято померлих — паренталії (лат. parentare — складати жертви померлим) справляли від 13 до 21 лютого, в останній день свята на могили померлих приносили квіти що, як вважалось, були особливо любі Манам: анемони, троянди, мирт, лілії та фіалки, та страви: мед, вино, молоко, яйця, та боби. Цього дня були зачинені всі храми, заборонялося влаштовувати весілля та інші веселощі. Місцеперебування цих духів — під землею, тому Мани в поезії є синонімом підземного царства. (uk)
dbo:thumbnail
dbo:wikiPageID
  • 85466 (xsd:integer)
dbo:wikiPageLength
  • 6069 (xsd:nonNegativeInteger)
dbo:wikiPageRevisionID
  • 1118526198 (xsd:integer)
dbo:wikiPageWikiLink
dbp:wikiPageUsesTemplate
dcterms:subject
gold:hypernym
rdf:type
rdfs:comment
  • En la mitologia romana, els Manes eren les ànimes dels éssers estimats que havien mort. Quan a esperits inferiors, eren similars als Lars, Genis i Penats; segons Marc Terenci Varró cal entendre "inferiors" com procedents del subsòl, relacionats amb el món dels morts. De vegades s'atribuïa als manes un origen comú, serien descendents de Mània, o mare dels manes, una divinitat molt antiga probablement etrusca, que pertanyia a la categoria dels genis populars. Durant les Compitàlia, les festes dels lars i de les cruïlles dels camins, se li donava culte. (ca)
  • Manak (latinez: Manēs,singularrez Man) Erromatarren artean, hilen arima. Manei ardoa, eztia, esnea eta loreak eskaintzen zizkieten. Jaialdi bereziak antolatzen zituzten manen omenez: otsailean ospatzen zituzten Parentalia eta hain zuzen ere. Larak, , jeinuak eta penateekin batera, etxeko jainko familiar edo pertsonalak izaten ziren. (eu)
  • Los manes, en plural siempre, en la mitología romana, eran unos dioses familiares y domésticos o caseros por lo general asociados a otros llamados lares o dioses familiares y penates o dioses de la despensa. Eran espíritus de antepasados, que oficiaban de protectores del hogar. El pater familias o padre cabeza de familia, era su sacerdote y oficiaba sus ceremonias religiosas y ofrendas en las viviendas. (es)
  • マーネース(Mānēs)は古代ローマにおいて、亡くなった愛する人の魂を意味した。弱い精霊の一種としてはラレース、ゲニウス、ペナーテースに近い。2月に行われるおよびで崇められた。長音を肖像してマネスとも表記される。 ディ・マーネース (Di Manes) とも呼ばれる(Di は「神」の意)。古代ローマの墓石には "D.M." という文字がよく刻まれていて、dis manibus(マーネース神のために)を意味した。この言葉はまた、暗にハーデースまたは冥界を示すのにも使われた。 マーネースの語源は古い形容詞 manus(良い)であり、その反対語は immanis である。 マーネースには血の生贄を提供した。剣闘士の試合がもともと葬式で催されていたのも、マーネースへの捧げ物だった可能性がある。 キケローによれば、アヴェルヌス湖付近の特定の洞窟でマーネースを呼び出すことができるという。 (ja)
  • 마네스(Manes, 그리스어로 Μανης.)는 프리기아의 전설적인 왕으로서 하늘의 신인 제우스와 땅의 여신 가이아의 아들이며, 프리기아의 초대의 왕으로 기록되어 있다. 마네스는 아내 칼리로에와의 사이에서 유명한 키벨레와의 이야기가 있는 아티스, 코티스, 을 낳았다. (ko)
  • Maner, eller på latin manes, som egentligen betyder "de goda", eller di manes, "de goda gudarna", var en benämning i den romerska religionen hos forntidens romare på de gudomligheter som tänktes härska i underjorden (di inferi, "de nedre gudarna") eller dödsriket. De var gravarnas beskyddare och tänktes senare särskilt under kejsartiden huvudsakligen som de bortgångnas andar. (sv)
  • Os manes, na mitologia romana, eram as almas dos entes queridos falecidos. A sua veneração está relacionada com o culto aos antepassados. Como espíritos menores, estavam também relacionados com os lares, os gênios e com os penates. Eram honrados durante a celebração da Parentália e da , em fevereiro. Os manes eram ainda chamados de Di Manes (Di significa "deuses"). Os túmulos romanos incluem, muitas vezes, as letras D.M., como abreviatura de dis manibus, ou "dedicado aos deuses-manes". (pt)
  • 麻內(拉丁語:Manes),古羅馬宗教中的善良靈魂。 名詞可能源於拉丁文中的「好(Manus)」,指冥府神靈或已逝親人的靈魂,與之相對的是雷姆雷斯,代表不安的、作祟的惡靈。古羅馬人會在二月的父母節與祖先節祭祀麻內。 (zh)
  • Manen, von lateinisch d(i)i manes (m.), sind in der römischen Religion (vor allem zur Kaiserzeit) die Geister der Toten, auch einige Umweltgeister. Diese sind den Römern meistens feindlich gesinnt, da sie die Ahnen ihrer Feinde sind. Sie wurden daher mit verschiedensten Opfern (u. a. Ziegen) und Riten milde gestimmt sowie als di manes, ‚gute Götter‘ (auf Grabinschriften meist als D•M abgekürzt), bezeichnet. Wurden diese Opfer und Riten nicht durchgeführt, so konnten die Manen zu Larvae beziehungsweise Lemures werden, die bedrohlichen Charakter hatten. (de)
  • In ancient Roman religion, the Manes (/ˈmeɪniːz/, Latin: mānēs, Classical Latin: [ˈmaː.neːs̠]) or Di Manes are chthonic deities sometimes thought to represent souls of deceased loved ones. They were associated with the Lares, Lemures, Genii, and Di Penates as deities (di) that pertained to domestic, local, and personal cult. They belonged broadly to the category of di inferi, "those who dwell below," the undifferentiated collective of divine dead. The Manes were honored during the Parentalia and Feralia in February. — City of God, Book IX, Chapter 11 (en)
  • Nella religione romana i Mani (in latino: Dii Manes, lett. "dei benevolenti") erano le anime dei defunti. Esse talvolta venivano identificate con le . Agostino di Ippona nella sua opera La città di Dio, in cui cita Apuleio, riporta che sono le anime dei defunti di incerta collocazione: Erano oggetto di devozione sia in ambito familiare che cittadino e le offerte che si indirizzavano loro erano prevalentemente di origine alimentare (vino, latte, miele, pane ecc.) segno evidente di una loro matrice prevalentemente agricola. (it)
  • Les Mânes, apparentés aux génies, aux lares, aux pénates, aux larves, et parfois confondus avec eux, sont, dans la religion romaine, des divinités chtoniennes, parfois considérées comme représentant les âmes d'êtres décédés. En tant que divinités appartenant au culte domestique, local et personnel, ils appartiennent largement à la catégorie des (en), « ceux qui habitent en bas », le collectif indifférencié des morts divins. (fr)
  • Many – w wierzeniach Rzymian duchy zmarłych przodków będące bóstwami opiekuńczymi domu. Były personifikacją „dobrych” dusz zmarłych członków rodziny. Nazwa ich powstała w wyniku przeciwstawienia, określającego je jako „dobrotliwe” (manes) dla odwrócenia ich niełaski a zjednania przychylności. Wywodzone niekiedy od Matki Manów, należały do opiekuńczych geniuszów rzymskiego domostwa i jako takie odbierały również cześć podczas Compitaliów związanych z kultem larów. Rzymianie później nazywali tak jedynie dusze ubóstwionych zmarłych (di manes – dobre bóstwa) jako mieszkańców świata podziemnego (Orkusu). Wymieniono je już w Prawie dwunastu tablic z V wieku p.n.e. Nie mają odpowiednika w wierzeniach Greków. (pl)
  • Manes waren de schimmen van de afgestorvenen in de Romeinse godsdienst. Hun naam betekent eigenlijk "de reinen", "de lichten", "de goeden". Men dacht zich hen in als geesten, ontdaan van het lichaam, dat zij op aarde hadden gedragen en onsterfelijk evenals de goden. Vandaar de reeds zeer oude en op grafschriften zeer dikwijls voorkomende uitdrukking Divi Manes en Dii Manes ((ver)goddelijke schimmen). (nl)
  • Ма́ны (лат. Di Manes, Manes «добрые, или светлые, души умерших») — у этрусков и древних римлян блаженные души (духи) умерших предков, почитавшиеся божествами (обоготворённые) и покровительствовавшие своему роду. Их культ был предусмотрен уже в законах XII таблиц. Местопребывание манов считалось под землей; в связи с этим слово manes часто употреблялось вместо inferi (подземное царство). Как добрые духи, они назывались также dii propitii. Как обоготворённые души, маны были близки к ларам, ларвам и лемурам. (ru)
  • Ма́ни (лат. Manes) — духи померлих предків. Їх шанували як божества і складали їм жертви. Мани були тими богами яким віддавалось належне у всіх надгробних написах у поганському Римі: «Diis Manibus», «Манам, богам». (uk)
rdfs:label
  • Manes (en)
  • Manes (ca)
  • Manen (de)
  • Manes (mitología) (es)
  • Manak (eu)
  • Mani (divinità) (it)
  • Mânes (fr)
  • マーネース (ja)
  • 마네스 (ko)
  • Manes (nl)
  • Many (mitologia) (pl)
  • Manes (pt)
  • Маны (ru)
  • Maner (mytologi) (sv)
  • Мани (духи предків) (uk)
  • 麻內 (zh)
owl:sameAs
prov:wasDerivedFrom
foaf:depiction
foaf:isPrimaryTopicOf
is dbo:wikiPageDisambiguates of
is dbo:wikiPageRedirects of
is dbo:wikiPageWikiLink of
is foaf:primaryTopic of
Powered by OpenLink Virtuoso    This material is Open Knowledge     W3C Semantic Web Technology     This material is Open Knowledge    Valid XHTML + RDFa
This content was extracted from Wikipedia and is licensed under the Creative Commons Attribution-ShareAlike 3.0 Unported License