| dbo:abstract
|
- Die Laúd (spanisch für „Laute“) ist die Bezeichnung für eine sechschörige, aus Spanien stammende Kastenhalslaute und wird in der Regel mit einem Plektrum gezupft. (de)
- La Laudo (hispana: Laúd [laUD]) estas hispana kordinstrumento, nome speco de gitaro. Ĝi havas dekdu ŝtalajn kordojn en ses kordoĥoroj. La tonoj estas G#2 G#2, C#3 C#3, F#3 F#3, B3 B3, E4 E4, A4 A4. (eo)
- El laúd español es un instrumento de cuerda pulsada que tradicionalmente forma parte de la orquesta española popular o rondalla, también llamada orquesta de pulso y púa, junto con la guitarra y la bandurria. No tiene ninguna conexión organológica con el laúd renacentista o el barroco, y en realidad es un tenor de bandurria. Este instrumento es oriundo de España, y se considera desarrollado definitivamente hacia 1880. Al igual que la bandurria, cuenta con doce cuerdas metálicas (seis dobles), pero el cuello es más largo que el de ésta. Las cuerdas se pulsan con una púa de cuerno o concha, el plectro, con un movimiento rápido en cada par. El llamado laúd español tiene dos afinaciones. Se afina una cuarta por debajo de la bandurria, si va a tocar solo; o una octava por debajo de aquella, si va a tocar en un conjunto. (es)
- Laúd (Spanish: "lute") is a plectrum-plucked chordophone from Spain, played also in diaspora countries such as Cuba and the Philippines. The laúd belongs to the cittern family of instruments. The Spanish and Cuban instruments have six double courses in unison (i.e. twelve strings in pairs); the Philippine instrument has 14 strings with some courses singled or tripled. A similar, but smaller instrument, with a shorter neck, is the bandurria, which also exists in 12- and 14-string versions. Traditionally the laúd is used by folk string musical groups, such as Spanish or Filipino rondalla string ensembles, together with the guitar and the bandurria. Like the bandurria, it is tuned in fourths, but its range is one octave lower. (en)
- Il laúd è uno strumento musicale a corda di origine arabo-ispanica tuttora usato sia per la musica tradizionale che per quella contemporanea. (it)
- De Laúd is een twaalfsnarig snaarinstrument uit de luitenfamilie. De laúd is gestemd in kwarten en wordt met een plectrum bespeeld. In voormalig Spaanse kolonies als Cuba en de Filipijnen worden vergelijkbare instrumenten gevonden. De Spaanse en Cubaanse instrumenten hebben zes dubbele snaren (koren) die twee aan twee unisono gestemd zijn. Het Filipijnse instrument heeft 14 snaren; de laagste snaar is enkelvoudig uitgevoerd en de hoogste drie zelfs verdrievoudigd. Een soortgelijk, maar kleiner instrument, met een kortere hals, is de bandurria, die ook in 12- en 14-snarige versies bestaat. Traditioneel wordt de laúd gebruikt binnen volksmuziekgroepen, zoals de Spaanse en Filipijnse rondalla-ensembles, samen met de gitaar en de bandurria. De gebruikelijke stemming voor een Spaanse laúd is G#2 - C#3 - F#3 - B3 - E4 - A4, een octaaf lager dan de bandurria. (nl)
|
| rdfs:comment
|
- Die Laúd (spanisch für „Laute“) ist die Bezeichnung für eine sechschörige, aus Spanien stammende Kastenhalslaute und wird in der Regel mit einem Plektrum gezupft. (de)
- La Laudo (hispana: Laúd [laUD]) estas hispana kordinstrumento, nome speco de gitaro. Ĝi havas dekdu ŝtalajn kordojn en ses kordoĥoroj. La tonoj estas G#2 G#2, C#3 C#3, F#3 F#3, B3 B3, E4 E4, A4 A4. (eo)
- Il laúd è uno strumento musicale a corda di origine arabo-ispanica tuttora usato sia per la musica tradizionale che per quella contemporanea. (it)
- El laúd español es un instrumento de cuerda pulsada que tradicionalmente forma parte de la orquesta española popular o rondalla, también llamada orquesta de pulso y púa, junto con la guitarra y la bandurria. No tiene ninguna conexión organológica con el laúd renacentista o el barroco, y en realidad es un tenor de bandurria. El llamado laúd español tiene dos afinaciones. Se afina una cuarta por debajo de la bandurria, si va a tocar solo; o una octava por debajo de aquella, si va a tocar en un conjunto. (es)
- Laúd (Spanish: "lute") is a plectrum-plucked chordophone from Spain, played also in diaspora countries such as Cuba and the Philippines. The laúd belongs to the cittern family of instruments. The Spanish and Cuban instruments have six double courses in unison (i.e. twelve strings in pairs); the Philippine instrument has 14 strings with some courses singled or tripled. A similar, but smaller instrument, with a shorter neck, is the bandurria, which also exists in 12- and 14-string versions. (en)
- De Laúd is een twaalfsnarig snaarinstrument uit de luitenfamilie. De laúd is gestemd in kwarten en wordt met een plectrum bespeeld. In voormalig Spaanse kolonies als Cuba en de Filipijnen worden vergelijkbare instrumenten gevonden. De Spaanse en Cubaanse instrumenten hebben zes dubbele snaren (koren) die twee aan twee unisono gestemd zijn. Het Filipijnse instrument heeft 14 snaren; de laagste snaar is enkelvoudig uitgevoerd en de hoogste drie zelfs verdrievoudigd. Een soortgelijk, maar kleiner instrument, met een kortere hals, is de bandurria, die ook in 12- en 14-snarige versies bestaat. (nl)
|
