An Entity of Type: town, from Named Graph: http://dbpedia.org, within Data Space: dbpedia.org:8891

A carr is a type of waterlogged wooded terrain that, typically, represents a succession stage between the original reedy marsh and the likely eventual formation of forest in a sub-maritime climate. Carrs are wetlands that are dominated by shrubs rather than trees. The carr is one stage in a hydrosere: the progression of vegetation beginning from a terrain submerged by fresh water along a river or lake margin. In sub-maritime regions, it begins with reed-marsh. As the reeds decay, the soil surface eventually rises above the water, creating fens that allow vegetation such as sedge to grow. As this progression continues, riparian trees and bushes appear and a carr landscape is created – in effect a wooded fen in a waterlogged terrain. At this stage, overall, unlike the overwhelming acidity of

Property Value
dbo:abstract
  • Ein Bruchwald [ˈbʁuːχ-] (Zusammensetzung mit dem Wort Bruch für „Feuchtgebiet“; regional auch Broich, Brook oder Brok) ist ein permanent nasser, örtlich überstauter, langfristig gefluteter, sumpfiger Wald. Damit lässt er sich vom zeitweilig gefluteten Sumpfwald und vom regelmäßig gefluteten Auwald abgrenzen; beide sind durch kürzere und ausgeprägtere Wasserstandsänderungen gekennzeichnet. (de)
  • Faultarbaro estas arbaro kiu kreskas sur geologia faŭlto. Ĝi estas daŭre malseka kaj partatempe ankaŭ inundata kaj marĉa. Ĝi diferenciĝas de regule inundata , kiu estas karakterizita de rivero kun forta akvonivela dinamiko. (eo)
  • A carr is a type of waterlogged wooded terrain that, typically, represents a succession stage between the original reedy marsh and the likely eventual formation of forest in a sub-maritime climate. Carrs are wetlands that are dominated by shrubs rather than trees. The carr is one stage in a hydrosere: the progression of vegetation beginning from a terrain submerged by fresh water along a river or lake margin. In sub-maritime regions, it begins with reed-marsh. As the reeds decay, the soil surface eventually rises above the water, creating fens that allow vegetation such as sedge to grow. As this progression continues, riparian trees and bushes appear and a carr landscape is created – in effect a wooded fen in a waterlogged terrain. At this stage, overall, unlike the overwhelming acidity of decaying reeds, the pH is not too acidic and the soil is not too deficient in minerals, making a habitat for endemic and other wildlife. Characteristic water-tolerant trees include alder and willow. (en)
  • Une forêt marécageuse ou un carr (terme issu de l'anglais), désigne une forêt claire à feuillage caduc, poussant sur un sol constamment humide, riche en matière organique. (fr)
  • Een broekbos is een permanent nat en af en toe plaatselijk overstroomd bos. Deze natte bossen komen wereldwijd voor. Broekbossen zijn in natte beekdalen en langs laag- en hoogvenen te vinden. Het bostype komt in Europa algemeen voor. Sinds de tweede helft van de 20e eeuw zijn in Vlaanderen en Nederland veel van de traditionele broekbossen verdwenen. De resterende gebieden worden vaak beschermd vanwege de specifieke flora en fauna. Ook vindt natuurherstel plaats. Op laagveengronden nemen elzen- en berkenbroekbossen door veranderd gebruik en beheer toe. In een broekbos wordt de vegetatie bepaald door de hoge stand van het grondwater. ‘Broek’ betekent laag gelegen moerassig land. Het grootste gedeelte van het jaar staat de waterspiegel tot op of boven het maaiveld. Elzen en berken vormen hierbij de boomlaag. Afhankelijk van de soortensamenstelling vallen broekbossen vegetatiekundig gezien onder de klasse van de berkenbroekbossen (Vaccinio-Betuletea pubescentis) of de klasse van de elzenbroekbossen (Alnetea glutinosae). Er zijn drie verschillende biotopen aan te wijzen waarin broekbossen aanwezig zijn: laagveen, hoogveen en beekdalen. De berkenbroekbossen zijn ontstaan uit hoogvenen en natte heidegebieden. Elzenbroekbossen komen voor in beekdalen en laagveengebieden. (nl)
  • Lövsumpskog, även fuktlövskog, är en svensk biotop, som består av lövträdsdominerad sumpskog med ett bestånd av lövträd understigande 50 % ädellövträd. Lövsumpskogar är våtmarksområden som kännetecknas av hög förekomst av död ved. Bland träd dominerar glasbjörk, klibbal och gråal. Aldominerade (över 50 % al) bestånd kallas alsumpskog. Bland mossarter märks , , terpentinmossa och stubbspretmossa.[källa behövs] Ett exempel på en lövsumpskog är Uggleviken på Norra Djurgården i Stockholm. (sv)
dbo:thumbnail
dbo:wikiPageID
  • 11818074 (xsd:integer)
dbo:wikiPageInterLanguageLink
dbo:wikiPageLength
  • 2199 (xsd:nonNegativeInteger)
dbo:wikiPageRevisionID
  • 1107950091 (xsd:integer)
dbo:wikiPageWikiLink
dbp:wikiPageUsesTemplate
dcterms:subject
gold:hypernym
rdf:type
rdfs:comment
  • Ein Bruchwald [ˈbʁuːχ-] (Zusammensetzung mit dem Wort Bruch für „Feuchtgebiet“; regional auch Broich, Brook oder Brok) ist ein permanent nasser, örtlich überstauter, langfristig gefluteter, sumpfiger Wald. Damit lässt er sich vom zeitweilig gefluteten Sumpfwald und vom regelmäßig gefluteten Auwald abgrenzen; beide sind durch kürzere und ausgeprägtere Wasserstandsänderungen gekennzeichnet. (de)
  • Faultarbaro estas arbaro kiu kreskas sur geologia faŭlto. Ĝi estas daŭre malseka kaj partatempe ankaŭ inundata kaj marĉa. Ĝi diferenciĝas de regule inundata , kiu estas karakterizita de rivero kun forta akvonivela dinamiko. (eo)
  • Une forêt marécageuse ou un carr (terme issu de l'anglais), désigne une forêt claire à feuillage caduc, poussant sur un sol constamment humide, riche en matière organique. (fr)
  • Lövsumpskog, även fuktlövskog, är en svensk biotop, som består av lövträdsdominerad sumpskog med ett bestånd av lövträd understigande 50 % ädellövträd. Lövsumpskogar är våtmarksområden som kännetecknas av hög förekomst av död ved. Bland träd dominerar glasbjörk, klibbal och gråal. Aldominerade (över 50 % al) bestånd kallas alsumpskog. Bland mossarter märks , , terpentinmossa och stubbspretmossa.[källa behövs] Ett exempel på en lövsumpskog är Uggleviken på Norra Djurgården i Stockholm. (sv)
  • A carr is a type of waterlogged wooded terrain that, typically, represents a succession stage between the original reedy marsh and the likely eventual formation of forest in a sub-maritime climate. Carrs are wetlands that are dominated by shrubs rather than trees. The carr is one stage in a hydrosere: the progression of vegetation beginning from a terrain submerged by fresh water along a river or lake margin. In sub-maritime regions, it begins with reed-marsh. As the reeds decay, the soil surface eventually rises above the water, creating fens that allow vegetation such as sedge to grow. As this progression continues, riparian trees and bushes appear and a carr landscape is created – in effect a wooded fen in a waterlogged terrain. At this stage, overall, unlike the overwhelming acidity of (en)
  • Een broekbos is een permanent nat en af en toe plaatselijk overstroomd bos. Deze natte bossen komen wereldwijd voor. Broekbossen zijn in natte beekdalen en langs laag- en hoogvenen te vinden. Het bostype komt in Europa algemeen voor. Sinds de tweede helft van de 20e eeuw zijn in Vlaanderen en Nederland veel van de traditionele broekbossen verdwenen. De resterende gebieden worden vaak beschermd vanwege de specifieke flora en fauna. Ook vindt natuurherstel plaats. Op laagveengronden nemen elzen- en berkenbroekbossen door veranderd gebruik en beheer toe. (nl)
rdfs:label
  • Bruchwald (de)
  • Faŭltarbaro (eo)
  • Carr (landform) (en)
  • Carr (zone humide) (fr)
  • Broekbos (nl)
  • Lövsumpskog (sv)
owl:sameAs
prov:wasDerivedFrom
foaf:depiction
foaf:isPrimaryTopicOf
is dbo:wikiPageDisambiguates of
is dbo:wikiPageRedirects of
is dbo:wikiPageWikiLink of
is foaf:primaryTopic of
Powered by OpenLink Virtuoso    This material is Open Knowledge     W3C Semantic Web Technology     This material is Open Knowledge    Valid XHTML + RDFa
This content was extracted from Wikipedia and is licensed under the Creative Commons Attribution-ShareAlike 3.0 Unported License