| dbo:abstract
|
- Gustavo Arcos Bergnes (* 19. Dezember 1926 in Caibarién, Las Villas; † 8. August 2006 in Havanna) war ein Teilnehmer der Kubanischen Revolution, Diplomat, politischer Gefangener, Menschenrechtsaktivist und Oppositioneller gegen Fidel Castro. (de)
- Gustavo Arcos Bergnes, (Caibarién, Cuba, 19 de diciembre de 1926, La Habana, 8 de agosto de 2006), fue uno de los más reconocidos presos políticos de la revolución cubana disidentes. En 1953 Gustavo Arcos fue uno de los asaltantes al cuartel Moncada junto a Fidel Castro y sus otros compañeros, experiencia que casi le cuesta una parálisis completa al ser alcanzado en la columna vertebral por una bala. Ya en el exilio en México, donde se preparaba para participar como expedicionario del histórico Granma, debe quedar fuera de la lista de miembros por su precaria condición de salud. Al triunfo de la revolución Arcos deviene embajador de Cuba en Bruselas, cargo que desempeña hasta 1966. Sus posiciones críticas frente a Fidel y al rumbo que comenzaba a tomar la revolución le costó una condena de diez años de prisión. Tres años después es puesto en libertad por hacer una huelga de hambre que duró 19 días. Su condena es firmada sin haber sido hallado culpable. Debido al grave accidente de su hijo mayor que quedó parapléjico pide permiso para salir de Cuba legalmente para visitar a su hijo que residía en Miami. Al serle negado el permiso de salida del país, Arcos junto con su hermano Sebastián intentan una salida desesperada de la isla. Detenidos fueron condenados a 8 y 7 años de prisión, respectivamente, contando en el juicio con una abogada de oficio de nacionalidad extranjera. Una vez cumplida su sanción Gustavo Arcos junto con su hermano Sebastián presiden y dirigen el Comité Cubano pro Derechos Humanos, el cual nunca fue legalizado por el Gobierno. Muere en La Habana a los 79 años de edad el 8 de agosto de 2006. Guillermo Cabrera Infante el afamado escritor cubano del exilio y amigo personal de Gustavo Arcos en una conferencia en Londres titulada Matan a los escritores, no es verdad? dijo lo siguiente: En los países totalitarios como Cuba lo menos que matan es a escritores. Matan a obreros, campesinos, lideres de la , testigos de Jehová, blancos y negros. De todo. Pero lo que menos matan es escritores. Esos se callan o se asustan y se compran su silencio con una casa y un auto y varios viajes. O se van del país como exiliados. No matan a los escritores. Matan, precisamente, a hombres como Gustavo Arcos. Matan a sus héroes. Guillermo Cabrera Infante "El prisionero desconocido", Infante llegó a comparar en su genial imaginación literaria a Arcos con el hombre de la máscara de hierro de Dumas, Nuestro Mártir misterioso y su terrible condena, la máscara, la bastilla perpetua son, de veras, el monumento al prisionero político desconocido. El caso de Gustavo Arcos no fue el único caso de prisionero político olvidado en Cuba y por la prensa internacional. Mario Chanes de Armas otro preso desconocido sufrió una pena de treinta años de prisión en las cárceles cubanas convirtiéndose en el preso político más antiguo del mundo. (es)
- Gustavo Arcos Bergnes (December 19, 1926 in Caibarién, Cuba – August 8, 2006 in Havana, Cuba) was a fellow Cuban revolutionary alongside Fidel Castro who later became an imprisoned dissident of the government. Arcos has been described as "a symbol of the opposition, and the dean of the opposition". Born in the small town of Caibarién, Arcos met Castro while the two attended law school at the University of Havana. He participated in the 1953 attack on Moncada Barracks that jump-started the Cuban Revolution against then-leader Fulgencio Batista, where he suffered a gunshot wound to the back that partially disabled his right leg and left him a legacy of lifelong pain. Freed under a pardon, Arcos spent the next several years gathering support, money, and munitions throughout Mexico, South America, and the United States. Following the success of the revolution in 1959, Arcos became Cuba's ambassador to Belgium. However, while Arcos was away, he grew disillusioned both by Cuba's alliance with the Soviet Union, and what he saw to be the dictatorial tendencies of Fidel Castro. Upon his return, he began expressing dissent against Castro and the Cuban government. In response, he was arrested and sentenced to 10 years as a counterrevolutionary. He was released after a long hunger strike in 1969, but his request to leave the country was refused. An illegal attempt to leave the country put Arcos in jail again in 1981. He was released in 1988, and quickly became the executive secretary of the , which he had joined in the early 1980s. His brother, Sebastian Arcos Bergnes was appointed vice-President of the Committee and was responsible for expanding it from a small Havana-based group into a nationwide organization. Gustavo decided not to leave Cuba and spent the rest of his life trying to improve human rights in the island and promoting a peaceful transition to democracy, stoically suffering repeated harassment, arrests, and "acts of repudiation". Arcos died on August 8, 2006 after an illness. He was 79. In a number of respects his life story resembles that of Mario Chanes de Armas, another Moncada veteran. (en)
- Gustavo Arcos Bergnes was een Cubaanse revolutionair, ambassadeur en dissident. Aanvankelijk was hij een medestander van Fidel Castro, maar later keerde hij zich tegen hem en werd hij een symbool van de oppositie tegen het regime van Castro. Arcos ontmoette Castro tijdens zijn rechtenstudie aan de . Hij gaf deze studie op om mee te doen aan de acties van de Cubaanse revolutionairen. Zo nam hij deel aan de aanval op de Moncadakazerne op 26 juli 1953 die het beginpunt markeerde van de Cubaanse Revolutie tegen toenmalig dictator Fulgencio Batista. Door deze actie raakte hij gedeeltelijk verlamd vanwege een kogel in zijn heup. Arcos werd hiervoor tot tien jaar celstraf veroordeeld maar werd in 1955 vervroegd vrijgelaten en besteedde onder de schuilnaam Ulises de jaren daarna in allerlei Amerikaanse landen zijn tijd aan het verzamelen van geld, wapens en ondersteuning voor de Cubaanse revolutionairen. Na de Cubaanse machtsovername in 1959 door deze revolutionairen werd hij in 1960 ambassadeur in België. Daar raakte hij teleurgesteld over Cuba's samenwerking met de Sovjet-Unie en de steeds dictatorialer wordende houding van Fidel Castro en zijn regime; zo was hij ontstemd over het feit dat er na de machtsovername door revolutionaire rechtbanken een hoop mensen werden doodgeschoten die naar zijn mening gemakkelijk tot gevangenisstraffen hadden kunnen worden veroordeeld. Bij zijn terugkeer in 1964 - vanwege bovengenoemde redenen gaf hij er de brui aan - liet hij zijn ongenoegen merken wat hem als "contra-revolutionair" in 1967 op een veroordeling tot tien jaar gevangenisstraf kwam te staan; in 1970 kwam hij echter reeds vrij. Hij trachtte daarna het land te verlaten maar dit werd hem niet toegestaan. Daarop ging hij zich inzetten voor de verbetering van de mensenrechten. Van het mede door hem en zijn broer in 1978 opgerichte (CCPDH) nam hij in 1988 de leiding over. Later probeerde hij opnieuw - illegaal dit keer - het land te verlaten wat hem in 1981 wederom in de gevangenis bracht. Nadat hij later dat jaar werd vrijgelaten werd hij van 1982 tot 1988 toch weer gevangengezet. Dit weerhield hem er niet van na zijn vrijlating door te gaan met zijn mensenrechtenwerk en de gebrekkige toestand op dit gebied ook internationaal onder de aandacht te brengen. Nadat Gustavo Acros al enige tijd in het ziekenhuis gelegen had, overleed hij op 79-jarige leeftijd. (nl)
- Gustavo Arcos (ur. 19 grudnia 1926 w Caibarién, zm. 8 sierpnia 2006), kubański dysydent, twórca i przewodniczący – CCPDH (Comité Cubano Pro Derechos Humanos). Należał do 165-osobowego oddziału pod dowództwem Fidela Castro, który 26 lipca 1953 zaatakował koszary Moncada. Atak zakończył się niepowodzeniem, w jego wyniku większość zamachowców straciła życie, a sam Arcos został ciężko raniony (w wyniku postrzału będzie kuleć do końca życia) i aresztowany. Po zwolnieniu z więzienia udał się na emigrację. W latach 50. działał w wielu krajach Ameryki (w tym w USA), organizując pomoc finansową dla kubańskiego ruchu oporu. W 1959, gdy zwycięstwo rewolucji stało się faktem, Arcos zaczął współpracować z nową władzą. W latach 1960–1964 był ambasadorem Kuby w Brukseli. Po odwołaniu z funkcji i powrocie z Europy Arcos zaczął otwarcie krytykować politykę Castro i umacnianie związków z ZSRR. W latach 1966–1969 przebywał w więzieniu, skazany za zdradę. W następnej dekadzie (1978) założył Kubański Komitet Praw Człowieka. Kolejny wyrok (za próbę nielegalnego opuszczenia wyspy) odbywał w latach 1982–1988. Zmarł w wieku 79 lat, w wyniku powikłań po zapaleniu płuc, w okresie gdy tymczasowo władzę na Kubie – w zastępstwie przebywającego w szpitalu brata – sprawował Raúl Castro. Jego dokonania i postawa zostały opisane przez G. Carbrerę Infante w zbiorze esejów pt. Mea Kuba w rozdziale zatytułowanym „Żywoty bohatera”. (pl)
|
| rdfs:comment
|
- Gustavo Arcos Bergnes (* 19. Dezember 1926 in Caibarién, Las Villas; † 8. August 2006 in Havanna) war ein Teilnehmer der Kubanischen Revolution, Diplomat, politischer Gefangener, Menschenrechtsaktivist und Oppositioneller gegen Fidel Castro. (de)
- Gustavo Arcos Bergnes (December 19, 1926 in Caibarién, Cuba – August 8, 2006 in Havana, Cuba) was a fellow Cuban revolutionary alongside Fidel Castro who later became an imprisoned dissident of the government. Arcos has been described as "a symbol of the opposition, and the dean of the opposition". Upon his return, he began expressing dissent against Castro and the Cuban government. In response, he was arrested and sentenced to 10 years as a counterrevolutionary. He was released after a long hunger strike in 1969, but his request to leave the country was refused. (en)
- Gustavo Arcos Bergnes, (Caibarién, Cuba, 19 de diciembre de 1926, La Habana, 8 de agosto de 2006), fue uno de los más reconocidos presos políticos de la revolución cubana disidentes. En 1953 Gustavo Arcos fue uno de los asaltantes al cuartel Moncada junto a Fidel Castro y sus otros compañeros, experiencia que casi le cuesta una parálisis completa al ser alcanzado en la columna vertebral por una bala. Ya en el exilio en México, donde se preparaba para participar como expedicionario del histórico Granma, debe quedar fuera de la lista de miembros por su precaria condición de salud. (es)
- Gustavo Arcos Bergnes was een Cubaanse revolutionair, ambassadeur en dissident. Aanvankelijk was hij een medestander van Fidel Castro, maar later keerde hij zich tegen hem en werd hij een symbool van de oppositie tegen het regime van Castro. Nadat Gustavo Acros al enige tijd in het ziekenhuis gelegen had, overleed hij op 79-jarige leeftijd. (nl)
- Gustavo Arcos (ur. 19 grudnia 1926 w Caibarién, zm. 8 sierpnia 2006), kubański dysydent, twórca i przewodniczący – CCPDH (Comité Cubano Pro Derechos Humanos). Należał do 165-osobowego oddziału pod dowództwem Fidela Castro, który 26 lipca 1953 zaatakował koszary Moncada. Atak zakończył się niepowodzeniem, w jego wyniku większość zamachowców straciła życie, a sam Arcos został ciężko raniony (w wyniku postrzału będzie kuleć do końca życia) i aresztowany. Po zwolnieniu z więzienia udał się na emigrację. (pl)
|
