About: Vroedschap

An Entity of Type: WikicatCities, from Named Graph: http://dbpedia.org, within Data Space: dbpedia.org

The vroedschap (Dutch pronunciation: [ˈvrutsxɑp]) was the name for the (all male) city council in the early modern Netherlands; the member of such a council was called a vroedman, literally a "wise man". An honorific title of the vroedschap was the vroede vaderen, the "wise fathers" In times of crisis, the stadholder sometimes appointed new vroedschapsleden in a province, to ensure that his followers were in power, a so-called wetsverzetting ("change of the legislative"). This happened in 1619, 1672, 1748 and 1787. There was no legal basis for such an act.

Property Value
dbo:abstract
  • Die Vroedschap war der Name für den Magistrat in den frühneuzeitlichen Niederlanden: ein Mitglied eines solchen Magistrats wurde Vroedman genannt, wörtlich „weiser Mann“. Ein Ehrentitel der Vroedschap war „Vroede vaderen“, „weise Väter“. (de)
  • Le vroedschap ("sage") est le nom donné, aux Pays-Bas de l'époque moderne, aux conseils dirigeant les villes néerlandaises, entre les XIIIe et XVIIIe siècles. Un membre de ces conseils est appelé un vroedman, un sage. De nombreuses villes néerlandaises étaient gouverné par un conseil constitué de membres de la classe des régents, l'élite de la bourgeoisie. À la fin du Moyen Âge, les régents ont réussi à exclure de l'administration urbaine les corporations des artisans, constituant ainsi une classe dirigeante quasi-héréditaire. Cette administration varie selon les villes. Le vroedschap désigne un certain nombre de bourgmestres, généralement quatre pour une durée de quatre ans et assistés d'échevins, chargés de la gestion quotidienne de la cité. Le plus jeune de ces bourgmestres est chargé de la schutterij, la milice bourgeoise. Le vroedschap traite généralement des questions financières de la cité, parfois de politique provinciale ou nationale et toujours des élections aux postes d'administration locale. De fait, il s'occupe principalement des questions économiques dans lesquels ses membres ont tous des intérêts communs. À la différence des bourgmestres, les vroedschapsleden (membres du conseil municipal) sont désignés à vie. Le conseil est généralement composé de 10 à 40 membres qui se réunissent toutes les semaines. Au mois de janvier, ils choisissent un ou deux nouveaux bourgmestres et désignent leurs représentants aux États provinciaux. L'accession au vroedschap se fait par cooptation. Les liens familiaux sont importants, de même que la richesse et le statut social. Les vroedmannen doivent satisfaire deux conditions : être calvinistes et posséder une maison. En temps de crise, il est arrivé que le stathouder désigne de nouveaux membres d'un vroedschap, pour s'assurer que ses partisans soient au pouvoir, bien qu'aucune base légale n'existe pour un tel acte. C'est arrivé en 1619, 1672, 1748 et 1787. (fr)
  • The vroedschap (Dutch pronunciation: [ˈvrutsxɑp]) was the name for the (all male) city council in the early modern Netherlands; the member of such a council was called a vroedman, literally a "wise man". An honorific title of the vroedschap was the vroede vaderen, the "wise fathers" Most early modern Dutch cities were ruled by a government of male burghers or poorters (bourgeois) who were members of the regent class, the ruling elite. During late Medieval times, the regents had in all cities gradually managed to exclude men of the artisan class from membership, making themselves a sort of hereditary city nobility. In the Dutch Republic, a city administration consisted of the magistrate and the vroedschap. The magistrate (or city government) consisted of a number, often four, of burgomasters assisted by a number of aldermen (schepenen), and looked after the daily administration of the city. In most cities, the mayors were chosen for a period of four years. The previous (and usually the youngest) mayor was responsible for the schutterij, the civil militia. The vroedschap appointed the magistrate, mostly from its own ranks; sometimes other members of the regent class were proposed. There was a complicated system of drawing lots and in many cities a shortlist was made from which the stadtholder, the highest provincial executive official, could choose; from 1748 this became a general system for the Dutch Republic. The vroedschap was convened on financial questions, sometimes on national politics, and always for elections for the appointment of important local posts, such as governor appointments for institutions like the poor house, orphanage, and almshouses. The vroedschap thus served the economic interests in which its members had an important share. In contrast to magistrates, vroedschapsleden ("members of the city council") were appointed for life. The council consisted of ten to forty citizens, that met weekly or less often. They chose one or two new mayors and representatives to the Provincial States in January each year. Membership was based on uitverkiezing (cooptation) and inheritance. Family ties were important, as were good breeding and social status in the community. Vroedmannen had to satisfy three basic conditions: male, membership of the Calvinist church and ownership of a house. Although city administrations, by present standards, were more oligarchic than meritocratic, family ties never formed a formal legal basis for election. In times of crisis, the stadholder sometimes appointed new vroedschapsleden in a province, to ensure that his followers were in power, a so-called wetsverzetting ("change of the legislative"). This happened in 1619, 1672, 1748 and 1787. There was no legal basis for such an act. (en)
  • Vroedschap is een vroegmodern type college, alsmede de titel van een burger die in dat college zitting had (ook vroedsman genoemd). De meeste steden in de vroegmoderne tijd kenden een regering bestaande uit gekozen mannelijke poorters, die zitting hadden in de vroedschap. In de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden bestond een stadsbestuur uit de magistraat en de vroedschap. De magistraat (of stadsregering), de vier of zes burgemeesters en/of schepenen, hielden zich bezig met het dagelijks bestuur van de stad. In de meeste steden werden de burgemeesters voor een periode van vier jaar gekozen. De laatst aangetreden burgemeester was verantwoordelijk voor de schutterij. De vroedschap stelde de magistraat aan, die in de regel uit eigen gelederen kwam. Er was daarbij sprake van een ingewikkeld stelsel van loting en in de meeste gewesten vanaf 1748 van voordrachten aan de stadhouder. De vroedschap werd bijeengeroepen bij financiële kwesties, en altijd bij verkiezingen voor de bezetting van belangrijke posten. Dan ging het voornamelijk om het dienen van de economische belangen, waarin de leden van de vroedschap een belangrijk aandeel hadden. In tegenstelling tot magistraten werden vroedschapsleden voor het leven benoemd. Het college bestond uit tien tot veertig burgers, dat wekelijks of nog minder vergaderde, soms ook over landelijke politiek. Ze kozen in de maand januari een of twee nieuwe burgemeesters en vertegenwoordigers naar de Provinciale Staten. Lidmaatschap was in principe een kwestie van uitverkiezing (coöptatie) en niet van erfopvolging. Familiebanden waren daarbij zeer belangrijk, maar ook welstand en sociale status telden mee. Vroedmannen moesten voldoen aan een tweetal voorwaarden: lidmaatschap van de Gereformeerde Kerk en het bezit van een huis. Hoewel stadsbesturen naar huidige maatstaven meer weg hadden van een oligarchie dan van een meritocratie, neemt dit niet weg dat familiebanden nooit een wettige basis voor verkiezing vormden. In tijden van crisis had de stadhouder het recht nieuwe vroedschapsleden te benoemen, een zogenaamde wetsverzetting. Dat gebeurde in 1619, 1672, 1748 en 1787. Vergaderingen van de Vroedschap werden aangekondigd door het luiden van een klok, die daarom wel de "vroedschapsklok" wordt genoemd. In tijden van oproer werd in het geheim vergaderd, zonder de klok te luiden. Dit werd toen "stille vroedschap" genoemd. (nl)
dbo:thumbnail
dbo:wikiPageID
  • 12495825 (xsd:integer)
dbo:wikiPageLength
  • 3182 (xsd:nonNegativeInteger)
dbo:wikiPageRevisionID
  • 1025400111 (xsd:integer)
dbo:wikiPageWikiLink
dbp:wikiPageUsesTemplate
dcterms:subject
gold:hypernym
rdf:type
rdfs:comment
  • Die Vroedschap war der Name für den Magistrat in den frühneuzeitlichen Niederlanden: ein Mitglied eines solchen Magistrats wurde Vroedman genannt, wörtlich „weiser Mann“. Ein Ehrentitel der Vroedschap war „Vroede vaderen“, „weise Väter“. (de)
  • Le vroedschap ("sage") est le nom donné, aux Pays-Bas de l'époque moderne, aux conseils dirigeant les villes néerlandaises, entre les XIIIe et XVIIIe siècles. Un membre de ces conseils est appelé un vroedman, un sage. L'accession au vroedschap se fait par cooptation. Les liens familiaux sont importants, de même que la richesse et le statut social. Les vroedmannen doivent satisfaire deux conditions : être calvinistes et posséder une maison. (fr)
  • The vroedschap (Dutch pronunciation: [ˈvrutsxɑp]) was the name for the (all male) city council in the early modern Netherlands; the member of such a council was called a vroedman, literally a "wise man". An honorific title of the vroedschap was the vroede vaderen, the "wise fathers" In times of crisis, the stadholder sometimes appointed new vroedschapsleden in a province, to ensure that his followers were in power, a so-called wetsverzetting ("change of the legislative"). This happened in 1619, 1672, 1748 and 1787. There was no legal basis for such an act. (en)
  • Vroedschap is een vroegmodern type college, alsmede de titel van een burger die in dat college zitting had (ook vroedsman genoemd). De meeste steden in de vroegmoderne tijd kenden een regering bestaande uit gekozen mannelijke poorters, die zitting hadden in de vroedschap. In de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden bestond een stadsbestuur uit de magistraat en de vroedschap. De magistraat (of stadsregering), de vier of zes burgemeesters en/of schepenen, hielden zich bezig met het dagelijks bestuur van de stad. In de meeste steden werden de burgemeesters voor een periode van vier jaar gekozen. De laatst aangetreden burgemeester was verantwoordelijk voor de schutterij. De vroedschap stelde de magistraat aan, die in de regel uit eigen gelederen kwam. Er was daarbij sprake van een ingewikk (nl)
rdfs:label
  • Vroedschap (de)
  • Vroedschap (fr)
  • Vroedschap (nl)
  • Vroedschap (en)
owl:sameAs
prov:wasDerivedFrom
foaf:depiction
foaf:isPrimaryTopicOf
is dbo:occupation of
is dbo:wikiPageWikiLink of
is foaf:primaryTopic of
Powered by OpenLink Virtuoso    This material is Open Knowledge     W3C Semantic Web Technology     This material is Open Knowledge    Valid XHTML + RDFa
This content was extracted from Wikipedia and is licensed under the Creative Commons Attribution-ShareAlike 3.0 Unported License